De geschiedenis van de Mount Everest

Morgen vliegt Eric Arnold naar Kathmandu voor een vierde poging om de top van de Mount Everest te bereiken. Weken lang heeft Eric in onze hoogtetent geslapen om zich voor te bereiden op de extreem ijle lucht van de hoogste berg op onze planeet en nu kan hij eindelijk aan het avontuur beginnen. Een mooi moment om eens terug te kijken naar de geschiedenis van de berg der bergen dachten wij.

Belangrijke rol in de geschiedenis van de hoogteziekte

De Mount Everest, met zijn 8848 meter de hoogste berg ter wereld, heeft een belangrijke rol gespeeld in de geschiedenis van de hoogteziekte. Niet alleen omdat dit het hoogste punt op aarde is, maar ook omdat, geheel toevallig, de top van deze berg op de grens ligt van wat voor het menselijk organisme nog kortstondig te verdragen is zonder aan zuurstoftekort te overlijden. Tot het begin van de vorige eeuw zijn slechts geïsoleerde en soms anekdotische gegevens bekend van pogingen tot het beklimmen van deze gigant. De eerste grote expedities naar de top van deze berg vinden plaats in de jaren 1921 (de beroemde Reconnaissance-expeditie onder leiding van luitenant-kolonel C.K. Howard-Bury), 1922 (onder leiding van brigadegeneraal C.G. Bruce) en 1924 (onder leiding van luitenant-kolonel E.F. Norton). Tijdens deze laatste expeditie wordt de recordhoogte van 8573 meter bereikt, 300 meter onder de top. Uit berekeningen met betrekking tot de maximale zuurstofopname van de mens die op die hoogte mogelijk is, kan worden geconcludeerd dat deze laatste 300 meter in ongeveer drie uur afgelegd hadden kunnen worden. Norton, die alleen en zonder extra zuurstof de laatste meters aflegde alvorens terug te keren, beschrijft zijn conditie op het cruciale moment waarop hij moest besluiten al dan niet door te zetten. ‘I was seeing double, and in a difficult step was sometimes in doubt where to put my feet. I became extremely short of breath… In an hour I had gained but little – probably under 100 feet in height, and in distance perhaps 300 yards…’ Norton realiseerde zich dat hij van een eventueel bereikte top niet meer binnen een veilige tijd kon terugkeren. Hij besloot de beklimming te beëindigen, wat een dramatische beslissing moet zijn geweest. Het bekendste drama dat zich tijdens deze expeditie afspeelde, was echter de dood van twee inmiddels zeer beroemde klimmers, die deel uitmaakten van deze expeditie: Mallory en Irvine. Twee dagen nadat Norton bijna de top bereikte, vertrokken zij voor een laatste poging, waarvan zij niet meer zijn teruggekeerd. Of zij de top hebben bereikt, zal nooit bekend worden. De vondst van het lichaam van Mallory in 1999 heeft daarover geen aanwijzingen opgeleverd. Na deze dramatische expeditie werd de beklimming van de Everest tijdelijk verboden door de Tibetaanse autoriteiten, onder andere omdat de expeditieleden zich niet hadden gehouden aan de afgesproken route. Hoewel in de jaren dertig nog een aantal expedities heeft plaatsgevonden, vallen er tot na de Tweede Wereldoorlog weinig successen te melden. Niemand bereikte de top, velen lieten het leven. Interessant is nog wel een onderdeel van een verslag van Shipton, die in 1943 op ongeveer 8400 meter het volgende schrijft. ‘I suddenly found I was suffering from aphasia and could not articulate words properly. For example if I wished to say ‘give me a cup of tea’ I would say something entirely different – may be “tram-car, cat, put’’…’. Wij weten inmiddels dat dit (aan zuurstoftekort toe te schrijven) verschijnsel vaker voorkomt op grote hoogte, net als de problemen met het zien die Norton bij zichzelf waarnam.

Knocking the bastard off!

Werd de Everest tot ongeveer 1950 vooral vanuit Tibetaanse zijde beklommen, politieke ontwikkelingen in de regio (onder andere de invasie in Tibet door China in 1950, de machtswisseling in Nepal gevolgd door toenadering tot het Westen) leiden ertoe dat de jaren erna vooral vanuit Nepalese zijde wordt geklommen. Deze pogingen hebben echter geen succes en gaan gepaard met het verlies van vele klimmers, hetzij door ongelukken, hetzij door long- en/of hersenoedeem. Intussen is de beklimming van de Everest een onderwerp van zware internationale competitie en in veel landen een zaak van nationaal prestige geworden. Iemand zal de eerste zijn, maar wie? Op 10 maart 1953 vertrekt uit Kathmandu de expeditie die uiteindelijk tot succes zal leiden. Tenzing Norgay en Edmond Hillary, wier namen voor altijd aan deze gebeurtenis verbonden blijven, zijn zich zeer wel bewust van alle risico’s. Zij besteden tijdens de beklimming veel tijd en energie aan het smelten van enorme hoeveelheden sneeuw, omdat zij het voorkómen van uitdroging als een cruciale factor voor succes beschouwen. Ook gebruiken zij bij hun beklimming zuurstof uit flessen. Op 29 mei 1953 om 11.30 uur ’s morgens staan zij ten slotte op de top, onder het uitschreeuwen van de kreet ‘Well, we knocked the bastard off!’

Dit succes is te danken aan een aantal factoren:

  • De technische voorzieningen waren inmiddels beter dan zij ooit waren geweest; vooral de ontwikkeling van tijdens het klimmen bruikbare Mount-Everestzuurstofapparaatuur heeft een belangrijke rol gespeeld.
  • De bekendheid met uitdroging door de extreem droge lucht en het vochtverlies door de zeer frequente ademhaling had tot gevolg dat Hillary en Tenzing apparatuur meenamen om sneeuw te kunnen smelten; het ontbreken hiervan was eerdere expedities en klimmers fataal geworden.
  • De klimmers hadden ervaring met de berg en de route. Dit gold vooral voor Tenzing, die al enkele eerdere pogingen had ondernomen met andere expedities.
  • De klimmers hadden een sterke motivatie, ja zelfs een obsessie, om het beoogde doel te bereiken. Uit diverse medische studies van de lichamelijke functies van klimmers is komen vast te staan dat sommige mensen beter reageren op lage zuurstofconcentraties dan anderen en/of efficiënter met zuurstof omgaan. De ‘drive’ om een gesteld doel te bereiken is echter zeer bepalend gebleken voor succes, en helaas soms ook voor het nemen van onverantwoorde risico’s.

Na het succes van Hillary en Tenzing wordt het een van de grootste uitdagingen voor veel bergbeklimmers om de top van de Everest te bereiken zonder het gebruik van extra zuurstof. Tot in de jaren dertig geloven beroemde medische deskundigen dat dit fysiek onmogelijk is. Zij hebben het fout: in 1978, 25 jaar na Tenzing en Hillary, bereiken Messner en Habeler de top zonder gebruik te maken van extra zuurstof. Gemakkelijk gaat dat echter niet, zoals blijkt uit de beschrijving van de laatste meters door Messner: ‘After every step we huddle over our axes, mouth agape, struggling for sufficient breath to keep our muscles going. I have the feeling I am about to burst apart. As we get higher, it becomes necessary to lie down to recover our breath… At a height of 8800 meters we can no longer keep on our feet while we rest. We crumpled to our knees, clutching our axes… Breathing becomes such a strenuous business that we scarcely have strength left to go on. Every ten or fifteen steps we collapse into the snow to rest, then crawl on again…’

Nadien zijn velen hen gevolgd, al hebben de meeste klimmers nog steeds wel degelijk extra zuurstof nodig. Intussen (cijfers tot 2014) heeft de berg aller bergen al meer dan 200 slachtoffers geëist: één dode op elke dertig pogingen, en één voor elke vijf succesvolle beklimmingen. Hoogteziekte en andere gezondheidsproblemen blijken voor de fanatieke beklimmer van deze berg geen drempel; ongevallen en overmoed gaan hand in hand met dadendrang en ambitie. Commerciële belangen worden groter en groter: zonder sponsor is een beklimming van de Everest voor velen te kostbaar geworden. Mensen die onvoldoende bekend zijn met klimtechnieken kunnen tegenwoordig, zo zeggen sommigen, tegen

betaling de top op worden gesleept. Niet altijd loopt dat goed af. De dramatische gebeurtenissen in 1996, waarbij negen leden van verschillende commerciële expedities vrijwel tegelijk op de Everest overleden, inclusief de beroemde gidsen Scott Fischer en Rob Hall, onderstrepen dat nog eens (zie onder meer ‘Everest. Mountain without mercy’, door Broughton Coburn. Uitgave van National Geographic Society, 1997), en ‘Into thin air’ van John Krakauer en ) zelfde ramp, andere visie over de oorzaken) ‘The Climb’. van Boukreev.

Over Altitude Dream

Altitude Dream is marktleider in de Benelux op het gebied van hoogtetraining. Al meer dan 10 jaar helpen we sporters bij het realiseren van hun dromen en brengen we mensen zonder hoogteziekte op de berg van hun dromen. Altitude Dream is geen bedrijf. Altitude Dream is een droom.
 Een droom die leidt tot het maximaal benutten van onze mogelijkheden.